… van Kroeskoppelikaan tot zeeschildpad
Reisverslag augustus/september 2007
Door: Henri Heussen
De provincies Epiros en Macedonië in noordwest Griekenland zijn zowel bij vogelaars als bij “gewone” toeristen niet zo bekend. Wat was voor ons de aanleiding om hier naar toe te gaan? Eigenlijk een beetje nostalgie. Twintig jaar geleden had ik al eens met mijn echtgenote bij de Prespa-meren bij het drielandenpunt Joegoslavië (nu FROM), Griekenland, Albanië gestaan, op zoek naar de kroeskoppelikaan. We hadden toen nog niet zoveel met vogels, en nadat we op het eerste het beste landweggetje meteen een pelikaan zagen waggelen zijn we doorgereden verder Griekenland in. Dat kan natuurlijk beter en de afgelopen zomervakantie hebben we met het gezin de streek opnieuw bezocht. Niet de meest gunstige tijd (inderdaad heet) en ook nog eens de maand van de bosbranden. Daar hebben wij echter ter plekke nauwelijks iets van meegekregen – twee keer een kleine brand en een blusvliegtuig -, maar de TV-journaals brachten het nieuws van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat.
Bij de beschrijving van de waargenomen soorten is een opmerking vooraf op zijn plaats: zomer cq. gezinsvakantie betekent niet de hele dag vogelen, derhalve zal het aantal waargenomen soorten zeker een onderschatting zijn, en ook nog eens gezien het jaargetijde. Maar ook op deze manier was het zeker de moeite waard. Oordeel zelf.
Kuststreek 1e week
Onze uitvalsbasis was Parga, een aardig en gezellig plaatsje, amfitheatrisch gelegen tegen een helling. In het appartement hadden we als gezelschap een gekko (Turkish gecko, Hemidactylus turcicus) die het een sport vond om zich achter onze rugzakken te verstoppen en iedere ochtend weer in de stress schoot als wij deze weer weghaalden. Vanuit Parga hebben we diverse uitstapjes gemaakt:
Ammoudia
Dit dorpje ligt een kilometer of 15 zuidelijk van Parga , in een baai aan de monding van de Acheron rivier. Er zijn twee wetlands, zowel noordelijk als zuidelijk van het dorp. Ammoudia is op 2 manieren te bereiken: a) een afsteker vanaf de grote weg met mooi uitzicht op de baai (het eerste stukje is onverhard); b) doorrijdend via het plaatsje Mesopotamos. Advies: doe het allebei een keer, maar route a) is de mooiste. In het dorp is ook een bezoekerscentrum, maar dat was gesloten (en we zijn op meerdere dagen teruggeweest).
De zuidkant: hier ligt de rivier de Acheron (voor de classici, dit is de rivier de Styx, de rivier waarmee je het dodenrijk kon bereiken). Met een georganiseerd boottochtje kun je eerst een stukje de zee op langs de indrukwekkende rotskust en dan de rivier op. Dit laatste is de moeite waard: oa. 4x ijsvogel, 3x ralreiger (en 1 jong), kleine zilverreigers, oeverzwaluwen, dodaarsjes, heel veel waterhoentjes met jongen, buidelmees (alleen de nesten gezien). Verder een waterslang (Grass snake, Natrix natrix) en vele waterschildpadden (Stripe-necked Terrapin, Mauremys rivulata). Indien je meer tijd hebt, is het zeker interessant om langs de rivier te lopen.
De noordkant: net buiten het dorp ligt een groot wetland (daar rijd je langs via route a). Er gaat een onverhard weggetje het moeras in. Laat de auto staan en laat je niet door het hek afschrikken, klim er langs en loop door. Het is allemaal boerenland waar koeien grazen. Het is apart om de koeien door een moeras te zien struinen. Dat is nog eens wat anders dan een sappige groene Nederlandse weide. Het pad gaat enkele kilometers ver, en er zijn een paar zijpaadjes. Gezien: een kolonie van 100-en kleine zilverreigers, ca. 10 ralreigers (met jongen), 4x kwak (prachtig zittend en uitrustend in de struiken), snor, blauwe reigers, 3x ijsvogel, 10-tallen witgatjes, 10-tallen dodaarsjes, waterhoentjes met jongen, waterral, klein waterhoen en veel steltkluten. Behalve een indrukwekkend aantal vogels waren er ook weer waterschildpadden te zien – dezelfde als aan de zuidkant -, maar ook de European Pond Terrapin (Emys orbicularis) en een waterslang (dezelfde als aan de zuidkant). Bovendien zat er aan het begin van het pad een beverrat: zittend op een boomstronk in het moeras was ie druk aan het poetsen. De kinderen vonden dit zo schattig dat we de dag erna nog een keer zijn teruggeweest, en toen zat ie er weer. Dit was het lokkertje, maar toch ook in combinatie met het prachtige strand in het dorpje.
Langs de kust naar de Albanese grens
Vanuit Parga kun je naar het noorden rijden richting Igoumenitsa (dit is de plek waar de veerboten uit Italië aankomen). Nog verder rijdend komt het einde-van-de-wereld-gevoel langzaam boven en bereik je uiteindelijk de Albanese grens. In de zee zijn grote viskwekerijen te zien en heb je een mooi uitzicht op het bekende vakantie-eiland Corfu. Bij de grens was het contrast aardig: aan de Griekse kant een prachtig douanekantoor, aan de Albanese kant, nou ja. Qua vogels was er niet veel bijzonders, behalve twee ooievaars op een elektriciteitspaal in een dorp boven een vuilniscontainer. De moeite waard zou de Thiamis delta zijn, maar die hebben we gelaten voor wat het was.
Morfi
Een 10-tal km zuidelijk van Parga, net voor de aansluiting met de hoofdweg ligt een groot wetland. Je kunt hier aan de westkant kilometers langs lopen (de andere kant is niet zo geschikt omdat je dan vlak langs de grote weg loopt). Vanwege de hitte, zelfs al aan het einde van de ochtend, is het bij een struinwandeling gebleven. Te zien waren oa: ooievaars, blauwe reiger, dodaars, wilde eend, waterhoen, meerkoet, kleine zilverreiger, grauwe vliegenvanger en gele kwikstaart. En als toetje: een Griekse landschildpad (Testudo Graeca). Deze kom je in Griekenland veel tegen, maar het blijft altijd apart. Zeker als je zo’n beest oppakt en hij/zij begint te sissen.
Binnenland 2e week
Deze hele week hadden we geen vaste stek, maar hebben we in een aantal hotels overnacht.
Ioannina
Dit is een grotere plaats met een gezellige oude Turkse binnenstad gelegen aan het Pamvotidha meer. Het meer is vervuild en qua vogels niet bijzonder. Wel interessant om te verkennen is het Nissi-eilandje met een uitgebreide rietkraag waar je met een boot naar toe kan. Wij hebben ons echter beperkt tot de cultuur en de gezelligheid.
Pindos gebergte: Vikos-, Vodomatis- en Aoos-kloof en omgeving
Ten noorden van Ioannina bereik je de Vikos-kloof. Deze kloof maakt deel uit van een uitgestrekte bergketen, de Pindos met toppen tot zo’n 2600 m hoogte. De Pindos is een bekend wandelgebied in voor-en naseizoen bij Nederlanders. De kloof zelf is spectaculair: 1000 m hoge wanden en 20 km lang. Je kunt op een aantal plekken de kloof in en uit, dus een flinke afdaling en klim. Ook hier, niet iets voor de zomer. Ga vooral kijken in het bezoekerscentrum in Mikro Papingo dat een aardig overzicht geeft van de flora en fauna van het gebied. In het voor- of naseizoen is dit trouwens het uitgangspunt voor een flinke klim naar een berghut, met de mogelijkheid om vanaf hier diverse alpiene wandeltochten te maken. Behalve de Vikos kloof zijn er nog meer kloven, wat minder spectaculair maar wel beter toegankelijk.
Wij verbleven in Klidonia vlakbij de uitgang van de Vodomatis kloof. Bij de ingang van deze kloof hebben we een tijdje zitten kijken naar het fourageren van een waterspreeuw. Zo mooi en dichtbij had ik het nog nooit gezien: duiken, dippen en scharrelen. Via een wandelpad kun je langs de rivier verder de kloof in waar een aantal grote gele kwikstaarten te zien waren. Rondom het hotel grauwe klauwieren en veel bonte kraaien.
Vanuit Klidonia rijdend richting Konitsa kom je bij de Aoos kloof. Ook hier kun je een prachtige wandeling maken, naar een klooster (Monasteriou Stomiou). Dat was flink klimmen maar vanwege het uitzicht verder de kloof in zeker de moeite waard. Langs de rivier veel grote gele kwikstaarten en de mogelijkheid van een verfrissende duik. Bij het klooster vlogen veel rotszwaluwen rond. De rotswanden heb ik intensief bekeken, maar soorten die je zou verwachten zoals blauwe rotslijster en rotsmus heb ik niet gezien. Opvallend tot heden en ook hier weer was vrijwel de afwezigheid van roofvogels. Al anderhalve week onderweg en alleen een paar torenvalken en buizerds gezien. Ook opvallend was het aantal dassen dat we aangereden langs de weg hebben zien liggen. Dat was de 1e week al zo en hier weer. In 3 weken tijd toch zo’n 6 stuks.
Prespa meren
Dit zijn eigenlijk twee meren: het grote en het kleine Prespa meer, gescheiden door een landtong en omringd door 2000 m hoge bergen. In de wintermaanden vriest het meer een aantal weken dicht. Het kleine meer ligt bijna volledig in Griekenland, met een heel klein stukje in Albanië. Het grote meer is verdeeld over FROM (Former Republic of Macedonia), Griekenland en Albanië met het drielandenpunt in het meer. Het gebied is een beschermd natuurreservaat (maar dat zegt in Griekenland niet zo veel) en kent een bezoekerscentrum in Agios Germanos (de moeite waard en goede kaart te koop!). Het toerisme is bescheiden, maar er zijn mogelijkheden om te overnachten. Wij zijn er twee dagen gebleven en die heb je toch ook wel nodig.
De belangrijkste soorten waar vogelaars op af komen zijn de kroeskoppelikaan, roze pelikaan en dwergaalscholver. Het kleine Prespameer herbergt de grootste broedkolonie van de kroeskoppelikaan wereldwijd en één van de grootste van de dwergaalscholver. Bovendien is het een belangrijk overwinteringgebied van de dwerggans.
De broedtijd was nu uiteraard voorbij, maar de kroeskoppelikaan en dwergaalscholver hebben we goed kunnen waarnemen. De roze pelikaan slechts enkele malen en redelijk veraf, waarbij ik zelf nog wat twijfel of dit toch ook geen kroeskoppen zijn geweest. Op mijn vraag in het bezoekerscentrum waar de hotspots van deze soorten waren, werd ik wat meewarig aangekeken en werd me lachend verteld dat ze overal zaten. En inderdaad, er zijn er zoveel dat je ze domweg niet kunt missen. Zelfs in de akkers kom je pelikanen tegen.
Enkele tips: a) de landtong is geschikt om de pelikanen al vliegend (vaak laag) over te zien komen; b) bezoek bij ochtend- of avondschemering de loopbrug naar het eilandje Agios Achillos. Deze loopbrug is populair bij lokale vissers. Hier hebben we op een avond ca. 30 woudaapjes uit het riet zien opstijgen, een rondvlucht van 15 min. zien maken en vervolgens weer terug het riet in zien duiken; toen vervolgens zwarte ibissen hetzelfde kunstje gingen uitvoeren kon de avond niet meer stuk; c) maak een boottochtje vanuit Psaradhes. Dit is een klein vissersdorpje met goede restaurants (en enkele bread & breakfasts) waar in de haven heel dichtbij een kroeskop zich goed liet fotograferen. Het boottochtje dat je hier kunt boeken over het grote Prespameer is vooral gericht op het bezoek van een aantal kluizenaarsgrotten waar in vroeger tijden monniken mediteerden. Echter er zijn ook vogels te zien onderweg. Alleen jammer, dat het snelle “Miami Vice” boten zijn. Wil je meer tijd dan de standaard tocht spreek dit dan af.
Waargenomen soorten in het hele gebied (waarbij we de omRingende bergen niet in zijn geweest) oa: fuut, kroeskoppelikaan, roze pelikaan (?), dwergaalscholver, aalscholver, grote en kleine zilverreiger, woudaapje, ralreiger, blauwe reiger, zwarte ibis, witgatje, oeverloper, hop, grauwe vliegenvanger, gele kwikstaart, oeverzwaluw, bonte en zwarte kraai, ekster, arendbuizerd (hé ,hé toch een roofvogel!), ijsvogel (bij de sluis op de landtong).
Kuststreek 3e week
Terug naar de kust zijn we langs Kastoria gereden. Een grotere plaats gelegen aan het gelijknamige meer. Het meer is vervuild en was nu bedekt met een groene algenlaag. Toch zaten hier in de stad naast de drukke invalsweg vlak bij de oever een stuk of tien kroeskoppelikanen. Aan de kust was onze nieuwe uitvalsbasis Vrachos beach: een klein plaatsje met een 2 km. lange weg met aan één kant een aanschakeling van appartementen en hotels. Kom je niet voor het strand, dan zijn er mooiere plekken om te verblijven. Ook hier hebben we weer diverse uitstapjes gemaakt, waarvan onderstaande plek het hoogtepunt van deze week was.
Amvrakikos golf – Rodia wetlands
De golf is een omvangrijke binnenzee die middels een kleine en smalle doorgang bij Preveza verbonden is met de open zee. In de golf zijn diverse lagunes en zijn ook de Rodia wetlands gelegen. Aan de westkant stroomt de Louros rivier. De wetlands bezitten de grootste rietvelden van Griekenland, de grootste reigerkolonie van Griekenland en de derde grootste broedkolonie van kroeskoppelikanen.
Bovendien is het een belangrijk overwinteringsgebied voor eenden (100.000 stuks) en komen er zo’n 250 soorten voor. Een bezoekerscentrum is gevestigd in Strongili waar je een begeleide bootexcursie kunt boeken (dag tevoren boeken of bellen). Zeker de moeite waard is om een onverhard dijkweggetje naast de Louros rivier in te rijden (neem de afslag vanaf de hoofdweg naar Strongili, en vervolgens na de brug meteen rechts). De enthousiaste directeur van het centrum heeft ons er met zijn eigen auto begeleid (je mag er officieel niet in, dus vraag tevoren om toestemming). Vanaf het weggetje gezien, oa.: dodaars, 100-den kleine zilverreigers en 10-tallen grote (dat was nog niets volgens de directeur, in juni is het één groot wit veld), 10-tallen ralreigers, 20 x kwak en juvenielen, blauwe reiger, ooievaar, 20 lepelaars, 10-tallen dwergaalscholvers, 100-en zwarte ibissen, meerkoet, steltkluut, tureluur, grutto, witgatje, visdief, grauwe vliegenvanger, 10-tallen Italiaans gele kwikstaarten. De boottocht hebben we de dag erna gemaakt. Dit was qua vogels wat teleurstellend, maar dit had ook te maken met het feit dat het soms wat te snel ging om e.e.a. goed te zien (alhoewel dit geen “Miami Vice” boot was). Op weg naar het centrum en tijdens de tocht hebben we aanvullend nog gezien: bijeneters, bruine kiekendief, 3x ijsvogel, 6x kroeskoppelikaan, balkan gele kwikstaart, krooneend, oeverloper, kleine karekiet, buizerd, geelpootmeeuw en kuifleeuwerik. De dag ervoor waren er flamingo’s te zien geweest. Het gebied is rijk aan diverse slangen en op beide dagen hebben we er één over de weg zien kruipen (soort??).
Amvrakikos golf – Logarou lagune/Koronisia
Dit is een aardig uitstapje waarbij je over een verharde weg tussen de lagunes door kunt rijden. Je krijgt hier een goed beeld van de uitgestrektheid van de golf en de lagunes. Gezien oa: ijsvogel (bij het haventje) en geelpootmeeuw (idem), grote en kleine zilverreigers, oeverloper en 2x kroeskoppelikaan.
Amvrakikos golf – Vonitsa
De laatste dag hebben we het plaatsje Vonitsa aan de zuidkant van de golf bezocht. Een kasteel op een heuveltop bood uitzicht op de haven en een klein wetland. Vlak voordat we weer terug moesten naar het vliegveld ontdekten de kinderen in de haven een zeeschildpad: Caretta caretta. Dit is de meest voorkomende zeeschildpad in de Middellandse zee. De eieren worden gelegd op de oostelijke stranden van Griekenland, Turkije tot aan Israël en Libië. Het westelijk gelegen Griekse eiland Zakynthos herbergt het grootste aantal nesten van de Middellandse zee. Het beest was indrukwekkend groot, ca. 1 meter lang. Ze kunnen meer dan 100 kg wegen en daar zal deze niet veel vanaf hebben geweken. De schildpad liet zich van dichtbij goed en langdurig zien, intussen de kaderrand afsnoepend. Vooral het moment dat ie met zijn kop boven water kwam om met veel lawaai naar lucht te happen was indrukwekkend. Ons enthousiasme bij een buitenlandse jachtbooteigenaar werkte niet aanstekelijk: blasé vertelde deze man dat het beest er al langer zat, niets bijzonders dus. Wij konden ons echter geen mooiere afsluiting van de vakantie voorstellen!
Praktische informatie
Hoe kom je er?
- fly-drive: in het vakanteiseizoen (mei-oktober) rechtstreekse chartervluchten naar Preveza (kust); buiten het seizoen naar Athene en binnenlandse vlucht naar Ioannina (binnenland);
- drive: per auto naar Venetië, Ancona of Brindisi en de ferry naar Igoumenitsa
Waar kun je overnachten?
- kust: in het vakantieseizoen keuze uit arrangementen of zelf via internet zoeken;
- binnenland: zelf via internet zoeken, buiten het seizoen is het geen probleem om op de bonnefooi te gaan; bijvoorbeeld: Prespa-meren: www.prespa.com.gr, info@prespa.com.gr (prima hotel in Agios Germanos, echter redelijk prijzig); bed & breakfast in Psaradhes (prima restaurant, waarschijnlijk goedkoop B&B, eigenaar is Germanos B. Papadopoudos, spreekt Engels en maakt boottochten op een meer natuurlijke manier volgens eigen zeggen, tel. 23850 46239 & 46013)
- Vikos-kloof en omgeving: www.hotelspiridoula.gr, hspiridoula@mail.gr (prima hotel bij de Vodomatis kloof, goedkoop, zeer gastvrij, eigenaresse spreekt weinig Engels maar schakelt telefonisch lokale tolk in die je dan aan de lijn krijgt);
- NB.: er zijn enkele campings aan de kust, in het binnenland echter alleen bij Ioannina.
Websites en e-mail adressen:
- www.rodiawetlands.gr; rodia@otenet.gr;
direkteur Vassilios Spanos, tel. 6946832208 - www.spp.gr
- www.wwf.gr
- www.evathlos.gr
- http://assets.panda.org/downloads/dimasreport2005endversion.pdf
Inlichtingen: Henri Heussen – tel. 0341-428217 – e-mail: hheussen@solcon.nl
Foto’s van de auteur. Gebruik van de foto’s is alleen toegestaan na toestemming van de auteur.