Reisverslag: 4 tot en met 8 mei 2022

Een wisselend groepje vogelvrienden heeft in het verleden vogeltrips naar 0ost-Europa gemaakt. In 2019 zijn Roel Pannekoek, Jaap Schröder en Louw den Besten van plan om in het voorjaar van 2020 naar Noord-Macedonië te gaan voor een trip van ongeveer een week. Andere ‘leden’ van het wisselende groepje zijn deze keer niet in de gelegenheid. Dan wordt het dus maar met drie personen. Om de kosten van huurauto en accommodatie te delen wordt een vierde deelnemer gezocht. Ik word gevraagd als medereiziger en op dat aanbod ga ik graag in.

Het is december 2019 en het vliegtuig, overnachtingen en een boottocht op het Kerkinimeer (Noord-Griekenland) worden geboekt. Ik geniet alvast van de prachtige vogelreisverhalen die op internet te vinden zijn. Maar helaas, Corona slaat toe in maart 2020. Ach, we gaan pas in mei dus dan is het wel over is de gedachte, dus we annuleren niet. Op dat moment was de wereldwijde desastreuze impact van het virus nog niet zo duidelijk. Maar die bleek al heel snel. Kortom, we annuleren alle reserveringen.

Het is maart 2022, het voorjaar is in aantocht en bij Roel begint het te jeuken zoals hij dat omschrijft. We kunnen weer naar Noord-Macedonië. “Zullen we?” vraagt hij aan het groepje vogelvrienden. Uit de reactie blijkt dat er zeker belangstelling is, maar er is inmiddels ook (terecht) vliegschaamte ontstaan. Moeten we dit nu wel doen? Kunnen we niet ergens anders naar toe? Ook spelen de onrusten in oostelijk Europa mee in de overwegingen. Roel komt met het alternatief om naar het Elbegebied te gaan in de omgeving van Gartow, in het grensgebied met van voormalige DDR. Hij kent het gebied van eerdere trips en is daar erg enthousiast over. We (Jaap, Roel, Benno van den Hoek, Gert van Veldhuizen en ondergetekende) zijn het snel eens en besluiten om een appartement te gaan boeken. Helaas heeft Louw andere verplichtingen en kan deze keer niet mee.

Woensdag 4 mei

In de vroege ochtend van 4 mei stappen we al vroeg in de auto op weg naar een mooi oud bosgebied, het Hasbruch bij Bremen, dat op de route ligt naar de Elbe. Om half negen wordt op een landweggetje in Emsland gestopt voor een eerste koffiebreak. Als vogelaar wordt direct rondgekeken en geluisterd naar de aanwezige vogels van het boerenland. De eerste 18 soorten werden genoteerd, waaronder zingende Geelgorzen en Gekraagde roodstaart.

© Roel Pannekoek

Tegen 11 uur komen we aan bij Staatsforst Hasbruch, een vochtig bosgebied met enkele beekjes en plasjes. Het staat bekend om z’n rijke sortering vogelsoorten. Het is prachtig weer en we maken een wandeling van zo’n 8 kilometer over brede paden. Bijna alle soorten die je in een dergelijk bos kan verwachten worden wel gespot. Zo noteren we Appelvink, Middelste bonte specht, Zwarte specht, Koekoek en Vuurgoudhaan. Eenmaal onze weg vervolgend over de autobahn zien we even voorbij Bremen de eerste (van later zou blijken vele) Rode wouwen.

Tegen een uur of vijf komen we aan in het dorpje Gartow waar we een ruim appartement op de bovenverdieping van een oude melkerij hebben gehuurd. Nadat we hebben uitgepakt maken we een wandeling vanuit het appartement dat pal aan de Gartower See (het Duitse woord voor meer, red.) ligt, een meer met brede rietkragen. Hier horen en zien we meteen al meerdere Grote karekieten. Deze soort komt hier vaker voor dan de Kleine karekiet. Net andersom dan in onze eigen regio. Na de maaltijd maken we een wandelingetje langs het water. We zijn verrast door de vele soorten die we in de korte tijd tegen komen. Het gaat om o.a.  Bonte kraaien, Gele kwikstaarten, Rode wouw(en), Groene specht en ongeveer 25 roepende Kraanvogels, waarvan het getrompetter prachtig weerklinkt vanuit de verte.

Als we bij thuiskomst een biertje nuttigen op ons dakterras horen we van nabij plotseling de baltsroep van een Draaihals. Het is even zoeken tussen het verse voorjaarsgroen, maar even later hebben we de vogel beeldvullend in de scope. Naast de fantastische schutkleuren is mooi te zien hoe de vogel tijdens het roepen de kop schuin omhoog houdt, om het geluid extra ver te laten dragen. We sluiten de avond met een drankje af aan de eettafel waar het ene na het andere (sterke) verhaal van eerdere vogeltrips wordt verteld. Heerlijk om deze superdag zo met elkaar af te sluiten. Mijn trip is nu al goed.

Donderdag 5 mei

De volgende morgen begint al goed met de soort waarmee we de vorige dag afsloten. Een (‘onze’?) Draaihals is opnieuw luidkeels te horen vanaf ons dakterras . Een uur eerder had Roel al een rondje gemaakt, waarbij hij al een Waterral, Woudaapje, Sprinkhaanzanger en Blauwborst tegenkwam. Terwijl een tweetal zich in het dorp met het inkopen van mondvoorraad belast kan de rest van de club natuurlijk niet binnen wachten en maakt een korte wandeling vanaf het appartement, door één van de vele statige lanen met monumentale eiken. Hier wordt  een eerste Ortolaan ontdekt en horen we ook Zwarte specht en Wielewaal. Ook wagen zich meerdere reeën buiten de bosrand. Terug bij ons verblijf zien we ook onze eerste Zwarte wouw overvliegen.

Na het ontbijt huren we fietsen om een lange tocht langs de Elbe te gaan maken. We fietsen eerst richting Pevestorf, een bij vogelaars en KNNV-ers bekend gehucht nabij de Elbe. Na een paar kilometer zien we een Beverrat langs de rietkraag van een plasje. Regelmatig zien we paartjes en kleine groepjes Kraanvogels.

© Benno van den Hoek

We stallen de fietsen bij het welbekende restaurant ‘Lindenkrug’ (half verscholen achter statige oude Lindebomen) en maken een wandeling naar de Höhbeck; een hooggelegen ijstijdwal met een uitkijktoren van formaat die mooi uitzicht biedt op de omgeving. Op de weg vinden we een platgereden Ringslang en in het bos horen we o.a. Raaf, Fluiter en Wielewaal. Na de wandeling fietsen we langs de Elbe over de Elberadweg naar het dorp Schnackenburg. Bijzondere soorten tijdens deze tocht zijn Europese kanarie, Zwarte wouw en heel veel Rode wouwen, Paapje, Grauwe gors, Zeearenden, Koningspage, (levende) Ringslang en een Moerasschildpad. Een prachtige ervaring hebben we langs een landbouwweggetje, niet ver van Schnackenburg. Een tractor is hier aan het ploegen en dit vormt een ‘schnackplek’ voor zeker 20 Rode en een vijftal Zwarte wouwen, tezamen met 5 Ooievaars.

© Roel Pannekoek

De vogels volgen de boer op de voet en we genieten van de imposante wouwen die boven de akker en onze hoofden wiekelen. Daarnaast mag tijdens deze fraaie dag het kwaken van de Roodbuikvuurpad, het zogenaamde ‘oenken’, niet onvermeld blijven. Voor enkele van ons een nieuwe ervaring. Langs de weg tussen Schnackenburg en Gartow komen we door opnieuw prachtige eikenlanen, waar we op één locatie wel 3 zingende Ortolanen noteren. Een van hen laat zich op het uiteinde van een dode tak even mooi bekijken. Thuis gekomen wordt er weer gekookt door een van ons, terwijl op het dakterras genoten wordt van de ervaringen en niet te vergeten een lekker biertje.

© Roel Pannekoek

Na de maaltijd nog een korte wandeling naar het riviertje de Seege, dat in de Gartower See uitmondt. Daar worden, onder het genot van zingende Nachtgaal, Wielewaal en meerdere Grote karekieten, nog twee Bevers gespot die met een grote klap van de staart onder water verdwijnen. Als het al flink donker is kijken we nog even vanaf de brug en ontdekken we weer een bijzondere soort. Ongeveer tien meter voor ons zien we vanuit de rietkraag een Otter met zijn bek vol met gras het water in glijden en onder de brug uit het zicht verdwijnen. Een unieke waarneming, waarbij de nachtkijker van Jaap goed dienst doet. Nog even nagenieten en dan naar bed.

Vrijdag 6 mei

We staan om 6 uur op om meteen op de fiets te stappen. Ontbijten komt later wel. We rijden naar een plassengebied vlak bij ons onderkomen om daar een wandeling te maken. Een prachtige wandeling door een nog mistig landschap. De Nachtegalen laten zich van hun beste kant horen. We krijgen de indruk dat het hier de meest voorkomende soort is. Vele soorten vogels worden gezien (o.a. Grauwe gorzen en Bosruiter), maar het mooist is toch wel het hol met zes jonge vosjes, zomaar in het open grasland. Roel sluipt steeds dichterbij en kan ze heel dicht naderen om prachtige foto’s en een filmpje van deze speelse rakkers te maken. Een van de ouders bekijkt het vanaf grote afstand.

© Roel Pannekoek

Na het ontbijt stappen we opnieuw op de fiets en gaan een tocht maken waarbij we het pontje bij Pevestorf gebruiken om in Lenzen aan de Oost-Duitse kant van de Elbe te komen. In dit uitgestorven dorp, met wel fraaie authentieke architectuur, wil Roel ons een burcht laten zien die hij lang geleden had ontdekt. We zoeken maar kunnen geen burcht vinden. Wonderlijk hoe zoiets kan verdwijnen.

Langs de uiterwaarden zien we veel Veldleeuweriken en Gele kwikstaarten, maar verder is het een vrij leeg landschap, dat overigens wel prachtig wordt gekleurd door velden koolzaad en kleurrijke akker- en dijkranden. Qua vogels wordt dit later tijdens onze lunch aan het water goedgemaakt door enkele baltsende en jagende Visarenden en een drietal Zeearenden. En ook hier weer baltsende Draaihals, prachtige Rode wouwen (laag zeilend, tegen een strak blauwe lucht) en Paapjes.

© Roel Pannekoek

Uiteindelijk bereiken we de stad Wittenberge en spotten we een enkele Gierzwaluw. Het leek bijna onze schaamsoort van de trip te worden. Nog nooit hadden we zo lang op deze wonderlijke zomergast moeten wachten, en dat al begin mei. In het centrum van de stad zoeken we, na een heerlijk koud biertje aan de plaatselijke boulevard, naar een mogelijkheid om aan de overkant van de Elbe te komen voor de terugrit. Dat blijkt uiteindelijk een houten plankier langs de spoorbrug te zijn. Het is te laat om het kleine Oost/West museum te bezoeken in Schnackenburg, dus fietsen we door naar het ooievaarsdorp Wahrenberg. Volgens Roel zijn ze daar trots op hun vele nestelende Ooievaars, zo weet hij van een eerder bezoek jaren van geleden. We hebben het hele dorpje doorgefietst maar geen Ooievaar gezien. Eerst een verdwenen burcht en nu verdwenen Ooievaars. Roel heeft bijzondere herinneringen!

We komen tijdens de terugtocht opnieuw langs het eikenlaantje van gisteren en opnieuw laten 3 Ortolanen hun droevige, melancholieke deuntje horen. Deze avond besluiten we niet zelf te koken maar een goed restaurant te bezoeken. En dat is ook gelukt in het dicht bij Gartow gelegen Prezelle. Nog even kijken of de Otter er weer is. Helaas. Maar wel een boomkikkerconcert. En op tijd naar bed.

Zaterdag 7 mei

We staan  weer om 6 uur op en maken vanmorgen een fietsronde door het Elbholz, een eeuwenoud ooibos tussen Gartow en de Elbedijk. Prachtige oude eikenbomen met o.a. Wielewalen, Fluiter, Middelste bonte specht en langs de Elbedijk een Draaihals. Vervolgens door de Pevestorfer Wiesen (moerassen), met Kraanvogels (vaak in paartjes en soms weinig schuw) en Dodaars en daarna terug naar huis voor het ontbijt.

© Roel Pannekoek

We besluiten met de auto op weg te gaan en alsnog het Grenzmuseum in Schnackenburg te bezoeken. De Elbe vormde hier destijds de grens tussen DDR en BRD. Heel bijzonder om daar de regionale geschiedenis van het IJzeren gordijn te zien. Op de terugweg bezoeken we een uitkijkhut bij de Gedenkstätte van Stresow. Daar lukt het om – helaas op grote afstand-  een paar Buidelmezen te spotten. Hun hoge ijle roepje verraad hun aanwezigheid in een wilgenbosje tussen het riet. Hier zien we ook weer Kraanvogel, een onvolwassen Zeearend en een viertal Zomertalingen.

Na de lunch rijden we door naar de Wanderdünen van Klein Schmolen. Een heel ander biotoop; Zandheuvels met duinachtige vegetatie en droog grasland. De natte gebieden zijn nagenoeg verdwenen en bijna alleen nog te herkennen aan het aanwezige riet.

© Benno van den Hoek

Hier lukt het om een Draaihals van dichtbij te zien en ontdekken we onze eerste Grauwe klauwier vlak bij de parkeerplaats.
Op de terugweg gaan we met het bekende pontje bij Lenzen naar de overkant. Heel leuk om te zien is het nestelen van Boerenzwaluwen onder de klep van de veerboot. Als de boot vertrekt komen de ouders weer naar de boot om de jongen die er onder zitten te voeren. Vlak voor aankomst aan de overkant vertrekken ze weer om nieuw voedsel te zoeken. Bij de aanlegsteiger zien we nog een Slechtvalk.

De laatste avond besluiten we de maaltijd te gebruiken in de Lindenkrug in Pevestorf. Na de maaltijd gaan we in het schemerdonker naar het moerasgebiedje achter het restaurant. Volgens Roel is daar een groot boomkikker- en vuurpaddenconcert te horen. En hierin heeft hij helemaal gelijk. Een geweldige ervaring om daar vele tientallen, misschien wel honderden Boomkikkers en Roodbuikvuurpadden te horen. Ook zien we nog een Beverrat en een Wasbeer. Nadat we weer op het verharde pad zijn aangekomen mist Roel zijn fietskabelslot. Als hij teruggaat om het te zoeken wordt hij verrast door een dorpsbewoner annex hulpboa die ons duidelijk maakt dat we zwaar in overtreding zijn omdat daar ook broedende Kraanvogels zouden zitten. Na uitgebreide excuses, we wisten het immers oprecht niet, loopt het met een sisser af.

Zondag 8 mei

Vandaag vangen we de thuisreis aan. Roel kent nog een mooi natuurgebied halverwege de rit; het Borkener Paradies bij het dorpje Versen. Het is een zogenaamd Hudewald in een oude meander van het riviertje de Eems. Het doet al eeuwenlang dienst als bosweidegebied voor runderen.

© Roel Pannekoek

Daar maken we nog een korte wandeling en sluiten de lijst met vogels af met een drietal Grote gele kwikstaarten en vervolgen de reis terug naar Harderwijk.

Het was mijn eerste vogelreis naar het buitenland en ik had daar erg veel zin in. Ik kan zeggen dat het mij buitengewoon goed is bevallen. Ik heb ontzettend genoten van de mooie natuur en de vele vogels die we hebben gezien. Het weer was prachtig, met veel zon en weinig wind. En niet onvermeld mag worden dat de onderlinge sfeer zo goed was.
Ik zal zeker nog vaker een meerdaagse trip gaan maken. En dat kan ook zonder daarvoor de lucht in te gaan. Hopelijk worden de treinverbindingen in Europa beter op elkaar afgestemd zodat meer buitenlandse natuurgebieden ook over de grond beter bereikbaar worden.

Dik Bos

Waargenomen soorten (116):

Brandgans, Grauwe gans, Knobbelzwaan, Bergeend, Zomertaling, Slobeend, Krakeend, Smient, Wilde eend, Wintertaling, Tafeleend, Kuifeend, Gierzwaluw, Koekoek, Holenduif, Houtduif, Waterhoen, Meerkoet, Kraanvogel, Dodaars, Fuut, Scholekster, Kievit, Kleine plevier, Watersnip, Oeverloper, Bosruiter, Groenpootruiter, Kokmeeuw, Zilvermeeuw, Kleine mantelmeeuw, Ooievaar, Aalscholver, Blauwe reiger, Grote zilverreiger, Visarend, Sperwer, Bruine kiekendief, Rode wouw, Zwarte wouw, Zeearend, Buizerd, IJsvogel, Draaihals, Middelste bonte specht, Grote bonte specht, Zwarte specht, Groene specht, Torenvalk, Slechtvalk, Grauwe klauwier, Wielewaal, Gaai, Ekster, Kauw, Roek, Zwarte kraai, Bonte kraai, Raaf, Zwarte mees, Glanskop, Matkop, Pimpelmees, Koolmees, Buidelmees, Boomleeuwerik, Veldleeuwerik, Oeverzwaluw, Boerenzwaluw, Huiszwaluw, Staartmees, Fluiter, Fitis,

Tjiftjaf, Grote karekiet, Kleine karekiet, Rietzanger, Sprinkhaanzanger, Zwartkop, Tuinfluiter, Braamsluiper, Grasmus, Vuurgoudhaan, Goudhaan, Winterkoning, Boomklever, Boomkruiper, Spreeuw, Merel, Zanglijster, Grote lijster, Roodborst, Blauwborst, Nachtegaal, Bonte vliegenvanger, Zwarte roodstaart, Gekraagde roodstaart, Paapje, Roodborsttapuit, Ringmus, Huismus, Heggenmus, Gele kwikstaart, Grote gele kwikstaart, Boompieper, Vink, Appelvink, Goudvink, Groenling, Kneu, Putter, Europese kanarie, Grauwe gors, Geelgors, Ortolaan en Rietgors.

Overige dieren (o.a.): Bever, Beverrat, Europese Otter, Wasbeer, Ree, Vos, Haas, Konijn, Boomkikker, Roodbuikvuurpad, Ringslang en Koningspage.

Foto’s: Roel Pannekoek ©, tenzij anders vermeld.